Home / Verhalen / Lotgevallen van gevallen Sjaan

Lotgevallen van gevallen Sjaan

Met dank aan Ivan Grud voor het insturen van de tekst


Toen ik binnen kwam in mijn bruin cafeetje klonk er een hard gelach. In mijn onnozelheid dacht ik dat het mij betrof. Niets was uiteraard minder waar, nee er zat een alom bekende dame aan de bar ‘Sjaan’, welke in de bejaardenflat woont tegenover de straat van het bruin cafeetje. Zij was bezig met een smeuïg verhaal te vertellen aangaande haar lichamelijke gebreken. Zij deed dat op een dusdanige manier dat deze humoristisch werden.
Ik nam plaats aan de bar. Joop zette een koffie vieux voor mij neer, en ik deelde de humor van de andere aanwezigen. Sjaan vervolgde: ‘dus wat gebeurt er? Viel ik op mijn platte smoel in dat klote huisvuilhok, daar waar de containers staan, ja en flink hard hoor.’ ‘Gebroken heup bleek laterz’, ging zei verder, maar dat doet er niet toe, liet zij er ludiek op volgen.’ ‘Lig ik daar te kermen, kom die schele het hok in, hij komt hier wel eens een enkele keer een pilsje drinken. Jij kent hem wel Joop, ‘Gijs.’ ‘ Joop knikte. Zij ging verder met haar relaas,’vraagt die lullo aan mij; Goh Sjaan wat doe jij nou hier?’ nou zei ik tegen hem; ik lig hier voor mij gezondheid, lekker onder de T.L buizen, beetje te bruinen.’ ‘Vraag die eikel nog; ben je soms gevallen Sjaan?’ ‘Ik zeg schiet op rund, ga die rolkar halen bij de conciërge.’
‘Wat gebeurt er, ik hoor de vuilniswagen de oprit op rijden; ik dacht hèhè gelukkig echte hulp op komst. Maar wat loopt vandaag de dag achter de wagen, Surinaamse, Antilliaanse en Turkse mannen, ach fijn, allochtonen, toch? Niks mis mee hoor, maar toch een andere cultuur met andere normen en humor.’
De eerste die het hok binnenkwam zag mij niet eens liggen, en stapte gewoon over mij heen, de tweede die struikelde zo’n beetje over mij, schopte nog hard tegen mijn heup en zei: ‘sorry mevrow’. Of het nog niet genoeg was vroeg hij: ‘misscheen jou een kliene bitje op zijen gaan legguh anders bakcontainer niet langs.’ ‘Ik wist even niks te zeggen toen gilde: ‘ik,’ zou je nu niks anders ondernemen, een beetje actie klootzak. Zeg die gast met een grijns op zijn smoel: ‘u nie zo knappie mevrow, nie zo antrikkellek meer, miskien strak komen andere man van boven, net as u met rimppeljes in geziggie, en weg waren ze.’ ‘
Iedereen lachte om de manier waarop zij het vertelde. Puur galgenhumor. Maar Sjaan ging nog verder. ‘Uiteindelijk komt die Gijs terug met wat denk je; een steekwagen. Mijn klus viel open, ‘wat motten we daar nou mee ‘eikel’ brieste ik.’ ‘Hij zei, ‘er was niks anders Sjaan en de conciërge is er niet’.’ ‘Dus ik, ook helemaal achterlijk natuurlijk, ik trek mij zelf overeind zodat ik op de steekwagen kwam te staan, echter achterstevoren zodat mijn bovenlichaam er overheen hing tussen Gijs en de steekwagen.’
‘Toen hij de wagen een ietwat achterover kiepte, hing mijn kop tegen zijn gulp, en wat denk je dat die pleuris viezerik zegt, ‘Juist ja’.’
Zij was van de kruk opgestaan en was er overheen gaan hangen, en deed ons voor hoe het was geweest, schitterend zoals zij het vertelde. Toen ze was uitverteld had ze zeven consumpties tegoed. Heerlijk zo’n begin van de dag, ‘nee’ die kan niet meer stuk, het is dan ook laat geworden. Toen ik uiteindelijk op huis aanging bestelde ik nog nagrinnikend bij de friettent op de hoek; ‘Bolle Jan’ een patatje oorlog met een bal.

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten