Home / Verhalen / Wurreme!

Wurreme!




Wurreme, wormen, zielige, vredelievende kalme wroeters.
Iedereen heeft zowat de pik op hen, waarom, ik weet het niet.
Ze lopen, kruipen of wriemelen toch haast niemand in de weg.
Maar men lust ze rauw, dat is gewoon hun noodlot, pech.

Kippen krabben, schrapen om ze toch maar te verslinden.
De mollen, egels en nog meer gespuis doen ook hun best.
Meneer de sportvisser loopt zelfs te spitten en te graven.
De mens verdelgt ze zelfs met chemicaliën en de mest.

Die lieve vogeltjes van groot tot klein, zij lusten ze ook rauw.
Ik zie die merels als ervaren zenuwlijders met hun poten trillen.
En al die anderen hebben ook weer zo hun eigen trucjes.
Maar vreten van die klare hap, ja dat is wat ze willen.

Vind je het gek zeg ik dan maar, dat er toch iets in hen is geschapen.
Dat zij hen met hun eigen lot bestrijden, komt lekker hun tijd om te eten.
Want hoe je het ook went of keert, aan ieder leven komt toch eens een eind.
Zo menig sterveling wordt dus ten lange leste door de wormen opgevreten.

Dus eigenlijk weer eens een keertje wie het laatst lacht, lacht het best.
Mijn fantasie ziet ze nu aan die sportvisser zo met z’n allen lekker knagen.
Ik hoor ze zo iets mompelen van jij nam onze voorouders toch ook te grazen.
Niemand heeft om ons offer ooit gevraagd, dus waarom zouden wij dan vragen?

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten