Op een heel klein zigzag paadje liep een spin,
Een hele grote, met waggelpoten middenin.
En die stapte ó zo deftig, réuze deftig heen en weer.
De bloempjes in het koren zeiden: ‘dat is een heer!’
Maar toen kwam er, och wat jammer, réuze jammer, de boerin.
En die trapte, och wat jammer, réuze jammer, op de spin.
Nu ligt het paadje heel verlaten, heel verlaten in de zon.
En de bloempjes in het koren zouden tranen huilen, als het maar kon.
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.