Er zat op een latje
Een hagelwit katje,
Een schat van een poesje
In een woord een snoesje.
Zij zat daar te gapen
En is toen gaan slapen,
Maar ach in haar dromen
Is er onheil gekomen.
Zij viel in de teerton,
Waar zij niet meer uit kon.
Toen was er ons katje
Een neger in het vatje
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.