Spoorken, als ge ’s avonds snelt
Door heide en langs weideveld.
Dan wringelt gij
En tingelt blij
En kringelt door de bomenrij;
En ‘k volg uw gauwe gang
Zolang,
Tot ik de laatste van uw lichtjes
Nog tussen ’t dicht geboomte vang.
Dan luister ‘k naar ’t getingeltang,
Nog lang daarna. . . .
Nog lang. . . . heel lang. . . .
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.