
Zachtjes, zacht
Uit de nacht,
Waar de sterren staan
Boog aan boog,
Komt het kerstkind aan.
Zoetjes, zoetjes,
Blote voetjes,
Om zijn kopje, teer en fijn,
’s hemels zilverschijn.
Zachtjes, zacht
In de nacht,
Als een mooie droom
Komt het kind,
Zoekt en vindt,
De versierde boom.
Leven, leven
Wil het geven,
Alle kaarsjes steekt het aan
En is weer gegaan.