Home / Versjes / Het was op ’n winteravond koud en guur (versie 1)

Het was op ’n winteravond koud en guur (versie 1)

Met dank aan Anneke Patka en Carla de Vos voor het insturen van de tekst

Het was op ’n winteravond koud en guur,
gezellig zaten wij bij het vuur
te praten en te lezen.
Aan de deur werd geklopt, en Bello bromt.
“Wie toch zo laat hier binnen komt”,
sprak vader, en deed open.
Daar kwam een alleraardigst kind de kamer binnen lopen.

“Ach, breng mij naar mijn moesje toe,
ik ben zo koud en ik ben zo moe.
Ik liep maar mee met de orgelman,
die zoveel mooie liedjes spelen kan,
en toen ben ik de weg verloren.”

“Hoe heet je dan?” vroeg moeder haar.
“Marietje”
”Anders niet?”
”Ja, pop, noemt moes mij een enkelen keer.
Ach, mogelijk zie ik haar nooit weer!”
Ze begon nu luid te schreien.
Zij nam haar zakdoek, toen zij sprak.
Er rolde een doosje uit haar zak.
“Geef mij dat doosje eens even hier” sprak vader.
’t Werd hem ras getoond.
“Marietje, schrei nu maar niet meer!
Er staat op, hoe je heet en waar je woont.”
En vader nam haar op den arm,
en moeder stopte haar in, zoo warm.
O, hoe zij toen allen lachten!

draaiorgel pop bel