Home / Versjes / Treintje spelen

Treintje spelen

Met dank aan Mary Moret voor het insturen van de tekst

Jan en Saar en kleine Jet
Hebben stoelen klaar gezet.
Wel vier stoelen op een rij,
En dan nog de stoof er bij.

,,Ik ben machinist,’ zegt Jan,
,,Ik zit helemaal vooran.’
Saar zit in de tweede wagen,
Zij moet straks de kaartjes vragen.

Op de derde stoel zit poes,
Op de vierde popje Loes,
En heel achter in de trein
Rijdt de oude harlekijn.

,,Tu-tu-tuu!’ blaast broertje Jan.
,,Instappen, zo vlug je kan!’
,,Is daar achter alles klaar?’
Vraagt het conducteurtje Saar.

,,Nee,’ roept Jetje, ,,wacht nog even,
Ik moet eerst nog kaartjes geven!
‘k Ben de chef, ik blijf hier staan,
Als ik zwaai, dan moet je gaan.’

Puffend wacht de trein nog even
Tot de kaartjes zijn gegeven.
,,Toe dan maar!’ roept kleine Jet,
Zwaaiend met haar rode pet.

O, wat rijdt die trein toch vlug!
Popje Loes rolt op haar rug.
En de oude harlekijn
Valt van schrik haast uit de trein.

Maar poes laat zich, onder ’t rijden,
Heel stil van de stoel af glijden.
In haar mandje wil ze zijn,
Dat is beter dan de trein,

Poesje knijpt haar ogen dicht,
En ze zet een slim gezicht.
,,Straks zijn jullie lekker moe,
Moet je ook naar ’t mandje toe!’

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten