‘k Wou, dat ’t altijd zomer was,
Zomer, wat een pret!
’s Morgens vroeg de veren uit,
’s Avonds laat naar bed.
Wagenwijd de ramen open,
Kamers vol met licht,
Alle straten vol van zon,
Wat een mooi gezicht!
Uren, uren, uren lang
Happen van geweld.
Lekker frisse buitenlucht
In het vrije veld!
Heerlijk liggen op je rug,
Om je, geen gerucht,
Onder, koel en mollig gras,
Boven, blauwe lucht!
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.