Het was een voorleesboekje over pinguins. Mijn vader las het in 1941 voor voor zijn jongere zusje, dus ongeveer 60 jaar geleden. De laatste regels waren:
en ze zwierden o zo wijs
heel bedachtzaam over het ijs.
Ik zag laatst, is ’t niet een wonder,
Pinguïns met schaatsjes onder!
In hun zwart met witte kleertjes
Leken zij voorname heertjes.
Twee ervan, denk niet dat ‘k jok,
Reden deftig aan een stok.
En ze zwierden o, zo wijs
En bedachtzaam over ’t ijs.
Gerelateerd:
Pinguïns Ik zag laatst, is ‘t niet een wonder, pinguïns met schaatsjes onder!…
Ik zag laatst, is ’t niet een wonder,
Pinguïns met schaatsjes onder!
In hun zwart met witte kleertjes
Leken zij voorname heertjes.
Twee ervan, denk niet dat ‘k jok,
Reden deftig aan een stok.
En ze zwierden o, zo wijs
En bedachtzaam over ’t ijs.