
“De Wallen in Groot Mokum zijn een ware plaag
Wat dacht je van de Hunsestraat in ros Den Haag
De Spijkersbuurt in Arnhem roept slechts op tot slecht
De Rotterdamse Keileweg is Sodom in het echt
En Utrecht met zijn hoerenkasten drijvend in de Vecht
’t Is schande, daar kan elke man voor honderd piek terecht
Als hem de Hu bij hitsig weer heet door de ballen jaagt
dan weet -ie daar een vrouw die hem lichamelijk behaagt”
Dat roept de Ridder die steeds strijdt voor onbevlekt moraal
En hij verkondigt “Dit Gomorra plukt de zeden kaal
Het huwelijk is me heilig, toen we trouwden was zij maagd
Het is niet meer om aan te zien hoe alle deugd vervaagt
Maar eens per week ligt hij bij Spaanse Sjaan in ’t warme nest
En kreunt dan “Vreemdgaan is niet goed, maar mij bevalt het best”