Home / Gedichten / De waterbloem

De waterbloem

Met dank aan Truus Cuppen voor het insturen van de tekst


O witte kelk stil en zacht,
Ik zie, noch hoor je bloeien,
Maar ik ken je volle pracht,
Eens heb ik je zien groeien.

Ik strek mijn handen naar je uit,
Vraag waar ik je kan vinden,
O was je ademen maar luid,
Zoals de lentewinden.

Ik lig hier heel alleen geknield,
De zon schijnt op mijn haren,
Ik ben vanbinnen vreemd bezield,
Ik wil het jou verklaren.

Blanke lelie, kleine wieg,
Laat mij wat in je leggen,
O wees niet bang dat ik bedrieg,
Ik zal het zacht je zeggen.

Ik heb gelachen toen ik ging,
Terwijl ik binnen schreide,
Ik voel me thuis een vreemdeling,
Jou kan ik niet misleiden.

Ik wil mijn pijn en tobben kwijt,
Ik zal je alles klagen,
Mijn kleine vreugde, mijn grote strijd,,
Ach, laat jou hart dat dragen.

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten