
Die avond
zongen we
als engelen
en woonden
op de plaats
waar heimwee
nooit kon
zijn.
Gelukkig schoten
woorden
en applaus
te kort
alles trilde
van de stilte
een enkele
snik
vulde de
ruimte.
De tijd
terug
van weggeweest
bracht ons
weer op
aarde
om daarna
met een stuk
in
onze kraag
naar de maan
te kijken.
Mooier kon
het nooit
meer worden.