(met dank aan Ilse Steel voor het geleverde materiaal)
(met dank aan Ilse Steel voor het geleverde materiaal)
Rembrandt Harmenszoon van Rijn (15 juli 1606 – 4 oktober 1669) wordt gerekend tot ‘s werelds beste en meest beroemde kunstenaars. Rembrandt leefde en schilderde tijdens de Nederlandse Gouden Eeuw: een periode van bijzondere rijkdom en wijsheid in de zeventiende eeuw.
Rembrandt Harmenszoon van Rijn werd op 15 juli 1606 in de Weddesteeg in Leiden geboren, als het op één na jongste kind van Harmen Gerritsz van Rijn, molenaar, en Neeltgen Willemsdr. van Zuytbrouck, een welgestelde bakkersdochter. Het echtpaar kreeg in totaal tien kinderen, van wie er drie jong stierven. Rembrandt zijn vader was mede-eigenaar van de (inmiddels verdwenen) standaardmolen De Rijn. De molen werd gebruikt om mout te malen voor de bierbrouwerijen. Voor zover bekend leerden vier broers van Rembrandt een ambacht: Willem werd bakker en Adriaen schoenmaker. Zijn zuster Liesbeth zou Rembrandt later onterven, omdat ze vond dat hij zijn eigen Leidse familie erg had verwaarloosd. Rembrandt bezocht de Latijnse school en werd op bijna veertienjarige leeftijd door zijn ouders ingeschreven aan de universiteit in Leiden. Waarschijnlijk bleef het daarbij, omdat Rembrandt liet weten dat hij liever schilder wilde worden.
Ongeveer van 1620/21 tot 1623 kreeg Rembrandt les van schilder Jacob van Swanenburg (21 april 1571 – 16 oktober 1638), ook uit Leiden. Zowel Van Swanenburg als zijn latere docent Pieter Pietersz. Lastman (1583 – 4 april 1633) werden erg geïnspireerd door de Italiaanse kunst. Hierdoor zijn in de werken van Rembrandt veel Italiaanse invloeden terug te vinden, hoewel de kunstenaar zelf nooit in Italië was. Vooral het werk van Michelangelo Merisi da Caravaggio (29 september 1571 – 18 juli 1610) had veel invloed op het werk van Rembrandt.
Wist u dat?
Rembrandt wordt vooral geprezen voor de manier waarop hij schaduwen en licht (de zogeheten clair-obscurtechniek) gebruikte om gebeurtenissen en figuren in zijn schilderijen naar voren te brengen. Deze stijl gaf zijn schilderijen iets dramatisch en dynamisch. Door zijn universele gevarieerdheid, zijn productie en door zijn unieke en geniale persoonlijkheid, werd Rembrandt een leidende figuur in de Hollandse schilderkunst van de 17de eeuw.
Hij wordt gezien als één van de meest succesvolle schilders ooit. Zijn bekendste schilderijen zijn De Nachtwacht, De Staalmeesters, Jan Six, De anatomische les van Dr. Nicolaes Tulp en Het Joodse bruidje en familieportret. Vandaag de dag trekt zijn werk talloze bezoekers naar Nederlandse musea.
Rembrandt maakte meer dan 100 zelfportretten en was beroemd om zijn mythologische schilderijen. Hij maakte in totaal bijna 700 schilderijen, ongeveer 300 etsen en 1600 tekeningen.
Geen schilder uit deze tijd maakte zoveel zelfportretten als Rembrandt. Door die portretten zie je ook heel duidelijk de ontwikkeling in zijn schilderstijl.
Het is niet precies bekend hoeveel etsen Rembrandt in totaal maakte. Schattingen lopen uiteen van 277 tot 389 exemplaren. De etstechniek wordt gebruikt om een afbeelding te vermenigvuldigen. De etsen van Rembrandt zijn bijzonder omdat vrijwel geen enkele afdruk hetzelfde is. Hij bereikte dit op twee manieren. De eerste was om de plaat op een andere wijze in te inkten, door de hoeveelheid aan te passen of de inkt alleen in de groeven aan te brengen of op de plaat zelf. De tweede manier was om andere papiersoorten te gebruiken. Rembrandt gebruikte wit, Japans en Indisch papier en perkament.
Rembrandt leidde meer dan veertig leerlingen op, waarvan een aantal zeer bekend werd zoals Govert Flinck, Gerard Dou, Ferdinant Bol en Carel Fabritius.
In de Nederlandse Gouden Eeuw was er veel vraag naar schilderijen en schilderen verdiende goed. Behalve Rembrandt waren er in deze eeuw nog een aantal beroemde schilders actief, zoals Gerard Dou, Jan Steen, Pieter de Hooch en Johannes Vermeer. Nadat Rembrandt korte tijd in Amsterdam had gewerkt, opende hij samen met zijn vriend Jan Lievens in Leiden een galerie. In zijn Leidse periode maakt Rembrandt vooral kleine schilderijen met allegorische en religieuze onderwerpen. In 1627 nam hij voor het eerst leerlingen aan, waaronder de Gerard Dou.
Rembrandt werd steeds beroemder. In 1630 verkocht hij zijn eerste etsen en in 1631 kreeg hij verschillende opdrachten van onder meer de beroemde arts Nicolaes Tulp, die hij in 1632 schilderde op de Anatomische les van Dr. Nicolaes Tulp. Rembrandts eerste groepsportret.
Bijblese taferelen
Rembrandt schilderde vooral veel Bijbelse verhalen en portretten waarbij hij de emotie goed tot uitdrukking kon laten komen en niets mooier maakte dan het was. De Oostenrijkse kunsthistoricus Ernst Gombrich (30 maart 1909 – 3 november 2001) vertelt in zijn bekende boek ‘Eeuwige schoonheid’ over Rembrandts talent voor het schilderen van emoties:
‘Rembrandts scherp en vast oog schijnt recht in het menselijk hart te zien (…) Evenals Shakespeare schijnt hij in staat te zijn geweest zich in alle typen van mensen in te leven en aan te voelen hoe zij zich in een gegeven situatie zouden gedragen. Het is een gave, die Rembrandts illustratie van de Bijbelse verhalen zo verschillende maakt van alle voorgaande.’
In 1634 trouwde Rembrandt met Saskia van Uylenburgh (1612 – 14 juli 1642). Zij kwam uit een vermogende Friese patriciërsfamilie. Het stel kreeg drie kinderen die kort na de geboorte overleden. In 1641 werd een zoon geboren die wel ouder zou worden, Titus. Een paar maanden na zijn geboorte overleed Saskia op 29 jarige leeftijd. Zij liet een flinke erfenis achter die echter zou vervallen als Rembrandt opnieuw trouwde. Maar hij hertrouwde niet.
Titus trouwde in 1668 met zijn nicht Magdalena van Loo (1641-1669). Haar vader was Jan van Loo, zilversmid en een broer van zijn oom Gerrit van Loo (zwager en voormalig voogd van de moeder van Titus). Het paar woonde aan het Singel bij de moeder van Magdalena. Uit hun huwelijk werd één kind geboren: Titia, genoemd naar de zus van de moeder van Titus (gedoopt in maart 1669). Titus van Rijn overleed enkele maanden voordat zijn eerste kind geboren werd, in 1668 aan de pest en werd begraven in de Westerkerk te Amsterdam.
In de jaren 1640-1642 schilderde Rembrandt het schilderij de Nachtwacht, dat destijds ‘Het korporaalschap van Frans Banning Cocq en luitenant Willem Ruytenburgh maakt zich gereed’ heette. Het kwam in Amsterdam te hangen in de nieuwe Kloveniersdoeken. Dat was een verzamelplaats voor de musketiers van de verschillende schutterijen.
Na de dood van Saskia (juni 1642) nam Rembrandt een verzorgster, droge min (kindermeisje) in dienst, Geertje Dircks. Rembrandt begon een verhouding met Geertje. Zij leefden openlijk als man en vrouw, maar ze trouwden niet. Ongetwijfeld heeft Rembrandt haar ook als schildersmodel gebruikt, maar geen van de door hem geschilderde of getekende vrouwen worden met zekerheid als Geertje Dircks geïdentificeerd.
Na een aantal jaren ontstonden er problemen in de relatie (1649). Uiteindelijk liep de ruzie zo hoog op dat Rembrandt Geertje liet opnemen. In die tijd produceerde hij bijna geen schilderijen. Een van de redenen waardoor de relatie met Geertje spaak liep, is dat Rembrandt een nieuwe geliefde had, Hendrickje Stoffels (1626 – juli 1663). Ook met haar trouwde Rembrandt vanwege de erfenis van zijn eerste vrouw niet, tot ongenoegen van de kerk. Wel kreeg hij een dochter met Hendrickje Stoffels: Cornelia. Waarschijnlijk stond Hendrickje ook model voor Rembrandt.
Rond die tijd ging Rembrandt failliet, omdat hij zijn leningen niet meer terug kon betalen. Hoewel Rembrandt vrij goed verdiende, had hij vaak schulden, doordat hij heel veel geld uitgaf. Zo kocht hij zelf ook graag kunst en dure kleren die hij gebruikte voor zijn schilderijen.
Na zijn faillissement werden Henrickje en Titus eigenaar van de schilder- en kunsthandel, zodat Rembrandt zonder problemen kon blijven schilderen. Wat hij schilderde was voor de vennootschap waarvoor hij een vergoeding, kost en inwoning kreeg.
Hoewel hij een zeer getalenteerd en gewaardeerd kunstenaar was, leefde Rembrandt zijn laatste jaren in trieste omstandigheden. Toen hij in 1669 overleed, had Rembrandt alleen een aantal schilderijen, wat linnengoed, een stoel, een bed, een tafel en een spiegel. Geen grote nalatenschap dus. De vele schulden die Rembrandt had dwongen hem ertoe zijn huis en bezittingen te verkopen. Zijn artistieke nalatenschap is echter enorm!
In 2019 was het een jubileumjaar. Bekijk hier de themapagina die we toen in verband met Rembrandt en de Gouden Eeuw maakte.
Bronnen:
Sesam Kunstgeschiedenis
Robert Wallace Rembrandt und seine Zeit
Kroniek Wie was Rembrandt uit 1956
Rijksmuseum
Rembrandthuis
Historieknet
20.000 jaar schilderkunst – Hans L.C. Jaffe
E.H. Gombrich – Euwige schoonheid
E. Kloek – 1001 Vrouwen
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.