Home / Liedjes / Inkwartiering

Inkwartiering


De Driessens kregen inkwartiering
Zoo goed als ieder in de buurt;
Een stuk of drie gezonde lummels
Die waren naar hen toegestuurd.
De meiden lachten in de keuken,
Nou zou je ’s ’n grappen zien;
De jongens werden goed ontvangen
Door Aaltje, Jansje en Katrien.

Ze moesten mee aan tafel eten
Al hielden ze niet d’r fatsoen,
En moest soms Driessens er op wijzen
Dat Klaas geen rarigheid mocht doen.
Hij lei zijn afgekloven kluiven
Weer netjes in de soepterrein.
Ze aten liever in de keuken
Bij Aaltje, Jansje en Katrien.

Ze moesten de salon bezoeken
Al trokken ze hun jassen uit,
En maakte Hein niet met z’n lippen
Soms menig zonderling geluid.
Ze moesten flauwe praatjes maken,
Of speelden met z’n allen kien.
Ze gingen liever zitten vrijen
Met Aaltje, Jansje en Katrien.

Ze moesten in een kamer slapen
Waar kribben waren neergezet.
Ze kregen ’s avonds tegen tienen
Een warrem kruikie mee in bed.
Ze snurkten dadelijk als ossen
En droomden heel de nacht misschien
Van zoenen, vrijen en beminnen
Met Aaltje, Jansje en Katrien.

En Driessen die zat maar te peinzen
Wat hij z’n jongens geven zou.
Hij las ze voor uit Multatuli
Of praatte met ze over Shaw.
Hij speelde uren lang sonates
Of liet ze studieboeken zien.
Ze zouden liever zoenen leeren
Van Aaltje, Jansje en Katrien.

Ze mopperden soms heele dagen
En Driessen snapt niks er van;
Ze wilden liever gaan verhuizen
Waar je ’s lekker lachen kan.
’t Was niet langer uit te houden,
Onzijdigheid was goed misschien
Maar niet voor drie gezonde jongens
Bij Aaltje, Jansje en Katrien.

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten