Home / Liedjes / Koeiers Jan

Koeiers Jan

Met dank aan Staaf Baetensk voor het insturen van de tekst

Hoorde gij nooit van mij niet spreken
Vrienden ik ben koeiers Jan.
Al de mensen komen zeggen
Dat ik zo schone zingen kan. (bis)
En ik heb er van mijn leven noch muziek noch bas geleerd
En ik kan ook maar één deuntje
En ’t en heeft noch kop noch steerd.

Refrein:
Tierleliet dat is mijn lied tierleliet en anders niet (bis )

Hoor de vogels in de velden,
Hoor eens wat een geestig lied
En ze zingen allemaal ’t zelfde
Tu tu tu tu tu trewiet. ( bis )
Mezen, vinken nachtegalen zingen allemaal even blij
En zij kunnen ook maar één kleintje,
Kan ik niet zoveel als zij. ( bis )

En dat katje dat zo slim is en zo rap met hare klauw,
’t Beeste kan ook maar één deuntje
’t Is altijd miauw miauw. (bis)
Zou ik mij niet moeten schamen
Dat ik maar één deuntje kan,
Als alzo ne slimme kater, ach toe toe ik zwijg ervan.

En den haan dat pertig beestje,
Die den boere wakker kraait,
Hij ’n kan ook maar één deuntje
Of het regent sneeuwt of waait. (bis )
Wijd spreidt hij zijn vleugels open
En hij doet zijn oogskens toe,
Zijne staart staat als ne zwaaier
En hij roept koekelekoe. (bis)

En den ezel den eersten tenor,
Met zijn excellente taal,
Als ge zo ne kadee hoort roepen
Zegde gij niet ’t is muziekaal. (bis)
Hij en kan ook maar twee noten,
Maar hij kan zo goed ha ha,
Hoort hem maar eens peper geven,
’t Is altijd inka inka.

Al die gasten die ‘k daar noeme,
Zijn geen meesters gepasseerd,
Zij ’n hebben geen viole
Of geen conterbas geleerd. (bis)
En dat ieder nu zijn liedje kende
En dan zonge met effect,
Zou het zijn zoals het mijne
En dan ware ’t allemaal perfect.

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten