Home / Liedjes / Morgenrood

Morgenrood

Met dank aan Ingrid Ouwerkerk voor het insturen van de tekst

Versie 1
(met dank aan Ingrid Ouwerkerk voor het sturen van de tekst)

Morgenrood! Morgenrood!
Wenkt gij mij ten vroegen dood?
Straks zal de trompet weerklinken,
En ik stervend nederzinken,
Ik en menig kameraad.


Onverwacht, onverwacht,
Heeft de dood ons in zijn macht.
Gister fier in ’t zadel gestegen,
Heden dood terneêr gezegen,
Morgen in het koele graf.


Als een bloem, als een bloem,
Is des mensen kracht en roem.
Als twee rode, frisse rozen,
Ziet men uw wangen blozen,
Maar de rozen welken ras.


Ach hoe mist, ach hoe mist,
Aller mensen plan en list.
Onder kommer, onder zorgen,
Bukt hij zich reeds in den morgen,
En tot d’ avond nederdaalt.


Daarom stil, daarom stil,
Voeg ik mij naar ’s Heeren wil.
Van mijn post wil ik niet wijken,
En moet heden ik bezwijken,
‘k Sterf de braven ruiterdood.

Versie 2
(O. den Nobel / D. Troelstra)
(met dank aan Ingrid Ouwerkerk voor het sturen van de tekst)

Morgenrood, uw heilig gloeien
Heeft ons steeds de dag gebracht
Breek toch door, o lichtvernieuwer
In de grote volk’rennacht
Laat uw glorie hope geven
Hun die worst’len in de nacht
Geef hun moed in ’t voorwaarts streven
Tot hun ’t daglicht tegenlacht
Tot hun ’t daglicht tegenlacht

Morgenrood, in worst’lend zwoegen
Hebben zij naar u gesmacht
En in de nachten, treurig duister
Uw verlossend werk verwacht
Roze gloed kleurt reeds de wolken
D’ochtendwind ruist door de blaên
Weldra is voor alle volken
’t Schitterend zonlicht opgegaan
’t Schitterend zonlicht opgegaan

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten