Sta ik in ’t donker van de nacht
Zo eenzaam op een verre wacht,
Dan denk ik: zou de liefste mijn
Mij altijd trouw gebleven zijn?
Dan denk ik: zou de liefste mijn
Mij altijd trouw gebleven zijn?
Toen ‘k als soldaat ben uitgerukt,
Heeft zij zo teer m’ aan ’t hart gedrukt;
Een roos mij op mijn hoed gehecht,
En wenend mij vaarwel gezegd.
Een roos mij op mijn hoed gehecht,
En wenend mij vaarwel gezegd.
Zij mint mij nog, zij meent het goed
En daarom ben ik welgemoed.
Mijn hart klopt warm in koude nacht,
Daar ’t trouwe liefde heeft herdacht.
Mijn hart klopt warm in koude nacht,
Daar ’t trouwe liefde heeft herdacht.
Daar slaat de klok, en van mijn post
Word ik alweer afgelost.
Slaap wel in ’t stille kamerkijn
En droom eens van de liefste dijn.
Slaap wel in ’t stille kamerkijn
En droom eens van de liefste dijn.
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.