Kleine Jantje kreeg een vlieger
 O, wat was dat ventje blij
 Vader zei: ”t is morgen zondag
 En dan gaan we naar de wei.
 Omdat jij zo’n mooi rapportje
 Van de meester hebt gehad,
 Gaan we morgen met de vlieger
 Fijn naar buiten, lieve schat.’
 Refrein:
 Dan gaat hij hoger, altijd hoger
 Ik laat hem vliegen steeds maar weer.
 Misschien komt hij wel in den Hemel
 Heel hoog bij onzen lieven Heer.
 Uren lag het ventje wakker
 In z’n hoofdje rijpt een plan
 Kinderlijk was het berekend
 Eindelijk dacht hij: ‘Ja, dat kan’
 En toen vader ’s morgens opstond
 Was z’n jongen al gekleed
 En hij juigte bij ’t vooruitzicht
 Wat of straks de vlieger deed
Refrein
 Vader keek of alles goed was
 En daar zag hij aan den staart
 Door een kinderhand beschreven
 Goudversierde ansichtkaart
 En met tranen in de ogen
 Las hij: ‘Allerliefste moe,
 ‘k Stuur u voortaan iedere zondag
 Een ansicht naar den Hemel toe
Refrein