Home / Verhalen / Goedheiligman

Goedheiligman

Met dank aan Ivan Grud voor het insturen van de tekst

Het was drukker in het bruin cafeetje dan ik verwacht had, op de Sinterklaasavond. Toen ik binnen stapte was het tegen middernacht en of het zo wezen moest, gelijk achter mij, de Sint en Piet.
Het was een vreemd stel, de Sint had zijn rode koormantel nog om dat wel, maar de Mijter onder zijn arm, zijn baard en snor had hij waarschijnlijk in de zak gestopt. Piet had de zak onder zijn arm, enkel wat aan zijn incomplete Sintengezicht nog in takt was, waren de witte zelfplakkende wenkbrauwen. Piet was al net zo geschonden, hij had geen baret meer op, en zijn zwarte handschoenen uit, wat een heel vreemd effect opleverde, zijn gezicht was nog wel zwart, een vreemd koppel.
Zij namen plaats aan de bar, en ik zette mij neer aan een tafeltje bij het raam, een beetje schuin achter het tweetal. Joop keek mij over de gasten aan de bar vragend aan, en maakte met zijn vingers het voor mij bekende ‘Neutje, Ivan?’ gebaar. Ik liep naar de bar, waarop Joop mij het borreltje aanreikte. Zijn ogen wenkte mij naar het stel, en met een vinger langs zijn mond zij hij geruisloos, ‘Bonje, ze hebben Bonje.’
Door het geroezemoes en de blèrende Jukebox, kon ik niets van het bekvechten verstaan. Wel zag ik dat de bewegingen van de Piet, die overigens een stuk kleiner was dan de Sint, steeds agressiever werden. Joop liep er naar toe en ik kon zien dat hij vroeg, ‘Nog eens bij schenken, beste mensen?” Na verloop van tijd, was de toon wat harder geworden tussen die twee, en ik kon het goed verstaan.
‘Vuile vieze tering dief, je heb mij van mijn rolletje geld, vier tientjes bestolen, en je zat ook in de zakken van de jassen die aan de kapstok hingen bij die laatste mensen.’ Hij was gaan staan, veel hoger dan de borst van de Sint die nog zat, kwam hij niet.
Joop zette de twee glazen voor hen neer en zei, ‘Rustig kleintje, lekker thuis uitzoeken.’ Kleintje luisterde echter niet, hij gaf de Sint een duw zo hard, dat het weinig scheelde of het had een Domino effect met de andere gasten die aan de Bar zaten. Sint in ieder geval knalde op de grond, het was grotesk om te zien, de enorme Sinterklaas languit op de grond, waarop een kleine zwarte piet zijn uiterste best deed hem te wurgen.
De nek van deze was echter te dik of de handen van de Piet te klein, het lukte hem niet. De Sint sprak dan ook geheel in zijn rol van Sinterklaas met donkere stem, ‘Jij gaat de zak in maatje.’ Waarop Piet schreeuwde, ‘en jij in de bodybag, lelijke pokkendief.’ Hij hief zijn vuist omhoog, om de Sint de genadeklap te geven.
De hele kroeg had lol, en moedigde de twee aan, maak hem dood, en hup Sint, laat je niet kisten Piet, het was theater van de bovenste plank. Joop was achter de bar vandaan gekomen en greep de Piet in zijn kraag en trok hem van de Sinterklaas af, ‘Het is mooi geweest, kappen, afrekenen en er uit.’
De Sint krabbelde overeind, sloeg zijn mantel wat af trok aan de bel, en zei, ‘aangezien ik deze aanslag van mijn gastarbeider heb overleefd, een rondje voor de hele zaak.’ Piet mokte,’van mijn poen pokkendief.’ Joop liet het maar zo, ging waarschijnlijk voor de vertering, de Sint moest wel gelijk afrekenen, geld is geld, dacht ik bij mij zelf.
De rust was juist weer gekeerd, of de deur ging open, en in de deur opening stonden twee netjes geklede doch duidelijk aangeschoten heren. Sint was te laat, maar Piet zat nog eerder op het toilet met het haakje er op, dan de buitendeur achter de twee was dicht gevallen.
Oh, dacht ik, de vaders van het laatste bezoek. En ja hoor, in twee stappen waren ze bij de niets vermoedende Sint. Ze trokken deze achterover van zijn kruk en legden hem languit op de grond. Pakten zijn enkels, zetten hem op zijn kop en schudde hem flink heen en weer.
Ongelooflijk, zowaar uit de zakken van de Sint viel een goudkleurige aansteker, een portefeuille, en een rolletje geld met een elastiekje er om heen. ‘Zie zo Goedheiligman, voortaan wel even opletten, wie je berooft.’ Zij draaiden de armen van de Sint op zijn rug, en de handboeien klikten. Het rolletje met zo te zien enkele tientjes legden zij op de bar, ‘misschien is dit iemand kwijt?’
De hele kroeg was met stomheid geslagen, op de jukebox na, doodse stilte. Niemand repte over Piet, welke de deur van het toilet wijselijk gesloten hield. Maar toen de rechercheurs vertrokken, zong de hele kroeg, ‘Dag sinterklaasje, daag, daag, waar is zwarte Piet, dag sinterklaasje daag, daag.’
Ik stond op en liep naar de bar. ‘Doe mij nog maar een borreltje Joop, anders doe ik geen oog dicht vannacht.’

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten