Home / Voordrachten / Zo groen als gras

Zo groen als gras

Met dank aan Bart van Straaten voor het insturen van de tekst

Mevrouw

Het is in deze dagen bij mij een bitter kruis
Het is één de grootste plagen, zo’n nieuwe meid in huis
Het zou dan nog zo erg niet zijn, als zij maar handig was,
Maar lieve goedheid, deze Trijn is zo groen als gras.
Ik durf haast niets haar toe te vertrouwen,
Want alles doet zij verkeer, het is de domste aller vrouwen.
Niemendal heeft zij geleerd.

Mevrouw

Nee, om u allen de waarheid te zeggen, heb ik al veel dienstmeiden gehad, maar vreselijk veel domme ook. Maar zo onuitsprekelijk dom als deze is, heb ik me nog nooit in mijn leven aangetroffen, ze weet niets, ze kent niets. En wat nog het ergste van alles is, ze stoort zich ook aan niets, de hele dag moet ik er achteraan lopen. Trijntje dit, Trijntje dat, alles moet ik haar wijzen en alles doet zij dan nog verkeerd en is soms om razend en wanhopig onder te worden. Maar wat kan ik ertegen doen, haar wegsturen ? Wie weet hoe lang ik dan zonder meid zit en dat is helemaal niet uit te houden. Dus ik moet me maar in mijn bitter lot trachten te schikken.

Kom aan, ik zal maar eens gaan zien wat ze nu weer uitvoert.

(Trijn rinkelt in de keuken met een stoffer en blik)

Mevrouw

O, goeie genade, daar heb je het alweer, gisteren mijn prachtige wervies gebroken en nu weer mijn mooiste Japanse kop en schotels tot gruus gegooid. Die meid ruïneert me nog.

Mevrouw gaat naar de keuken en zij zegt: Wat doe je Trijn !

Trijn komt op en zingt vers 1:

Vanuit mijn dorpie kom ik hier
Wiede wied bom bom
Ik heb in dienen veel plezier
Wiede wied bom bom
Ik doe hier razend goed mijn best,
En ik maal volstrekt niet om de rest,
Want alles komt terecht in ’t lest
Wiede wied bom bom

Vers 2
Mevrouw schijnt niet zo erg voldaan
Wiede wied bom bom
Maar och, daar stoort Trijn zich niet aan
Wiede wied bom bom
Ik doe hier razend goed mijn best,
En ik maal volstrekt niet om de rest,
Want alles komt terecht in ’t lest
Wiede wied bom bom

Trijn

Welja, alles komt terecht, dat zei me grootmoeder nog toen ik naar haar toe ging,
Ze zei, je bent altijd een mirakel voor mij geweest en dat zal je wel blijven ook. Ga dus naar die mevrouw en dan komt alles terecht, zei me grootmoeder. En als je grootmoeder dat zegt, dan is het natuurlijk zo. Nou, ik moet zeggen dat ik hier de boel al knapjes onder handen heb genomen.

Mevrouw

Ja, dat mag je waarlijk nog wel eens zeggen !

Trijn

Ik heb hier de boel …..

Mevrouw

Zul je je mond houden !

Trijn

Je mond houden, mevrouw en u zegt zelf: ik zou het nog maar eens zeggen.

Mevrouw

Ben je van plan me voor de mal te houden schepsel ?!

Trijn

Als u het goed vindt, zeker !

Mevrouw

Nu vraag ik eens aan ieder mens wat moet ik met zo’n meid beginnen ? Begrijp je dan niet dat ik dol ben !

Trijn

Blijft u dat ook mevrouw ?
Mijn grootmoeder zei altijd dat dolle honden …..

Mevrouw

Zwijg zeg ik je ! Geen woord meer, hoor je !
Zeg me eens, wat heb je nu weer uitgevoerd ?
Nu, wat heb je nu weer uitgevoerd ?
Zul je spreken Trijn, ja of nee.

(Trijn schudt van nee)

Mevrouw

Wat nee, gezwind je mond los, geef antwoord !

Trijn

En u zegt zelf als ik spreek, hou jij je mond en dat heeft u gisteren ook al gezegd.

Mevrouw

Maar als ik je wat vraag, zul je antwoord geven !
Vertel eens, wat heb je nu weer gebroken ?

Trijn

Wéér gebroken ! Mevrouw, ik breek alles maar één keer !

Mevrouw

Ja, dat begrijp ik ook wel. Maar zeg me eens wat je het laatst gebroken hebt.

Trijn

O, mevrouw, die twee dingen vielen tegelijk uit mijn handen.

Mevrouw

Die twee dingen ? Welke twee dingen !

Trijn

O, u weet het ommers wel, die pot boerenjongens

Mevrouw

O, mijn heerlijke boerenjongens ……

Trijn

Nee mevrouw, ik heb wel een pot gezien, maar geen enkele jongen – u vergist zich zeker !

Mevrouw

En wat heb je nog meer gebroken ?

Trijn

O …. En dat ding met reukgeur

Mevrouw

O ! Mijn heerlijke flacon met duizenden bloemengeur

Trijn

Nee mevrouw, er zat geen enkele bloem in, nog wel minder dan duizend.

Mevrouw

O schepsel, wat breek je me toch veel !

Trijn

Nou, dat gaat nog al mevrouw ….

Mevrouw

Zo, vind je dat ?

Trijn

O heden, ja thuis brak ik alles, behalve mij zelf, zei mijn grootmoeder altijd.

Mevrouw

Zo, maar vertel eens, hoe kwam dat dan toch ?

Trijn

Dat zal ik u laten zien mevrouw ….

(Trijn neemt twee voorwerpen in haar hand en slaat ze tegen elkaar stuk)

Trijn

Kijk mevrouw, dit is dat ding met die reukgeur en dit is die pot boerenjongens …..
Toen liep ik hard door de kamer, zo ziet u, en toen was het kapot.

(Ze slaat de dingen tegen elkaar)

Mevrouw

Maar meid, nou gooi je me dat ook nog stuk.

Trijn

Ja natuurlijk, om te bewijzen hoe het kwam ….

Mevrouw

Maar daar vraag ik je toch niet naar, om mij nog meer te breken, schepsel !

Trijn

Hoe mot ik het anders vertellen mevrouw ?

Mevrouw

Zwijg er maar over — het is dus stuk

Trijn

Ja mevrouw en wel aan duizend stukken en in de grote spiegel daar is alleen maar een flinke barst in gekomen,
dus dat is goed afgelopen ………

Mevrouw

Wát zeg je ? In de grote spiegel ?

Trijn

Ja, dat weet u ommers wel, de spiegel op de slaapkamer daar ben ik ommers met een trapje door gevallen
en dat is dus ook goed afgelopen.

Mevrouw

En dat vertel je me nu zo maar, of dat het de moeite niet waard is om over te spreken.

Trijn

Over een paar dagen zal er wel een stuk uitvallen, maar Trijn alles komt terecht zegt me grootmoeder, mevrouw.

(We zullen ’t hopen)

Mevrouw

Hoe staat het met het eten ?

Trijn

Nou mevrouw, ik zou wel weer es wat lusten ….

Mevrouw

Och meid, ik bedoel heb je het al bijn klaar ?

Trijn

Ja mevrouw, de komkommer is al gekookt

Mevrouw

Wat zeg je ? Al gekookt ?

Trijn

Ja, maar de amandelen en augurken die willen niet gaar worden.

Mevrouw

Hou op mens ! Wie gaat er nou komkommer en augurken koken ?
En wat heb je met die haring gedaan ?

Trijn

Gebakken natuurlijk !

Mevrouw

Ik wou nog al een heerlijke huzarensla opdissen

Trijn

Waar zijn die ? Eet men hier huzaren in de sla ?

Mevrouw

O, het eten zal weer kostelijk wezen ……
O, als ik zelf toch niet kijk !

(Mevrouw gaat af)

Trijn

Ziet u, zo gaat het de hele dag. Het is een doodgoed mens, maar van eten klaarmaken, daar is ze niet mee op de hoogte ……

Ben ik niet een flinke meid, een beter moet nog komen. Dat heeft Klaas mij zelf gezeid, ik heb het reeds vernomen. Een ieder uit het dorpie kent Klaas, lief als een beste vent. Wij zijn steeds het leukste paartje, we trouwen binnen ’t jaartje ……

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten