Sjoukje Dijkstra




Foto: 7 februari 1960 Sjoukje Dijkstra in Garmisch. (Nationaal Archief)

Sjoukje Rosalinde Dijkstra – geboren op 28 januari 1942 in het Friese Akkrum – was de eerste Nederlandse kunstrijdster die het tot grote internationale kampioenschappen bracht.

Ze werd vijf keer Europees kampioene in 1960, 1961, 1962, 1963 en 1964 en drie keer wereldkampioene – 1962, 1963 en 1964. Aan de Olympische Winterspelen nam ze drie keer deel. Als 14-jarige werd ze twaalfde in 1956, vier jaar later veroverde ze zilver en als kroon op haar schitterende carrière goud in 1964. 

Sportvrouw van het jaar werd ze eveneens vijf keer; in 1959, de eerste verkiezing en vervolgens in 1960, 1961, 1962, 1963 en 1964.

Als dochter van een Olympisch schaatser de Amstelveense huisarts Lou Dijkstra, kwam Sjoukje al heel jong met de ijssport in aanraking. Voor het kunstrijden bleek ze een uitgesproken talent te bezitten. Met de schoolboeken in haar koffer ging ze op 11-jarige leeftijd naar Londen om daar een aantal maanden te trainen onder de kundige, maar afstandelijke coach Arnold Gerschwiler. Ze was ondergebracht in een kil, onplezierig kosthuis en de heimwee knaagde. Gerschwiler was bovendien een harde pedagoog. Lof kreeg ze trouwens later ook in haar succesvolle jaren  hoogstzelden van hem. ‘Not bad’, dat was wel zo ongeveer het mooiste compliment dat hij gaf. Maar zo jong als ze was, toonde Sjoukje zich een doorzetter.

Geen moment versaagde ze bij de ijzeren discipline die Gerschwiler haar jarenlang oplegde. Haar sprong- kracht was fenomenaal, haar elegantie en stijl bleven wat achter, hoezeer daar ook aan gedokterd werd. Ze had er ook niet zozeer de lichaamsbouw voor. Wat dat betreft werd ze afgetroefd door Joan Haanappel, haar concurrente in de begintijd.

Arnold Gerschwiler 1914-2003 (bron ANP)

TWICKENHAM (ANP) – Arnold Gerschwiler (afbeelding links), de grote man achter het succes van Sjoukje Dijkstra, is ruim een week geleden op bijna 90-jarige leeftijd in zijn Engelse woonplaats Twickenham overleden aan de gevolgen van een hartaanval. Dat is maandag bekend geworden. Behalve Dijkstra, de Olympische kampioene van 1964 (Innsbruck), trainde hij onder anderen ook Joan Haanappel. Gerschwiler werd in Zwitserland geboren maar woonde bijna zijn gehele actieve leven in Engeland, waar hij uitgroeide tot een befaamd specialist in het kunstrijden op de schaats. Hij beëindigde zijn werk met de topschaatsers in 1987. Gerschwiler was sinds 1938 coach van de Richmond Ice Rink, tot die baan 53 jaar later dicht ging. Sjoukje Dijkstra, voor wie hij een tweede vader was, debuteerde er in 1951. Negen jaar later won ze voor de eerste keer goud bij een EK. Daarna was ze in ’62 en ’63 ook de beste op het WK. Gerschwiler zag zijn pupillen bij de grote internationale toernooien 27 keer op de hoogste trede staan

Vanaf 1960 was ze een klasse apart in de kunstrijwereld. Zowel bij de verplichte figuren als in de kür was ze iedereen ruimschoots de baas. Ze reeg de titels aaneen. Geen wedstrijd ging meer verloren. Ze bleef bij dit alles wie ze was: nuchter en eenvoudig. De allures van andere ijssterren waren haar vreemd.

Met op de eretribune de Koninklijke familie werd Sjoukje in 1964 in Innsbruck Olympisch kampioene, haar schoonste uur.

Verrukkelijke Kür met goud bekroond

INNSBRUCK, 3 februari 1964 – Sjoukje Dijkstra heeft, onder de ogen van koningin Juliana, prins Bernard en prinsessen Beatrix en Margriet, Nederland voor de eerste keer in de geschiedenis van de Winterspelen goud bezorgd. Gisteravond bereikte het 22-jarige Amstelveense meisje – tweemaal tot ‘s werelds beste kunstrijdster uitgeroepen en vijfvoudig gekroond als Europese kampioene – de top van de Olympus, de allerhoogste onderscheiding voor een atleet.

Sjoukje had in het ijsstadion van Innsbruck haar glorie voltooid met een verrukkelijke Kür, die de tienduizend opeengepakte toeschouwers in alle staten van opwinding bracht. De Nederlandse ijskoningin smaakte de extra voldoening, dat zij behalve de Oostenrijkse Regine Heitzer ook Petra Burka uit Canada had overtroefd. De 17-jarige Petra, in wie velen – oud-Olympische kampioene Carol Heiss voorop – een toekomstige grote ster zien, gold als Sjoukje’s zwaarste concurrente in het vrije rijden. Maar de in Nederland geboren Canadese die – met haar moeder als trainster – minstens op zilver had gemikt, kon haar grote faam (nog) niet geheel waarmaken. Weliswaar bleef zij met haar Kür de Oostenrijkste kampioene de baas, maar Sjoukje, een klasse apart, liep nog verder uit. Petra’s grootste ontgoocheling was echter dat Regine Hietzer wel door haar werd benaderd, doch juist niet overvleugeld.

De Nederlandse kolonie beleefde in Innsbruck onvergetelijke ogenblikken toen enkele maten van het Wilhelmus weerklonken en het rood-wit-blauw aan de hoste mast in top ging.

Na de huldigingceremonie was voor gouden Sjoukje de eer weggelegd, de persoonlijke gelukswensen van de Koninklijke familie in ontvangst te nemen.

Holiday on Ice
Aangezien ze in 1964 alles gewonnen had wat er te winnen was, stapte ze over naar de ijsrevue. Tot 1973 bleef ze verbonden aan Holiday on Ice. Zij trouwde met Karl Kossmayer (1918- 24 december 2000) die een wereldprimeur had met paarden en ezels in de Holiday on Ice revue. Na haar schaatscarrière startten zij met het Circus Sjoukje Dijkstra. Samen kregen zij twee dochters, Katja en Rosalie, die de act van hun vader nu nog steeds in het circus uitvoeren.

Drama voor Sjoukje Dijkstra (bron: De Telegraaf)
door Henk van der Meyden
DÜSSELDORF – Een kerstdrama voor kunstschaatslegende Sjoukje Dijkstra (59). De beide kerstdagen rouwde zij om de onverwachte dood van haar 83-jarige echtgenoot, de circusartiest Karl Kossmayer.

Een dag voordat zij in Düsseldorf met hem en hun twee dochters hun 25-jarig huwelijksfeest zou vieren, kreeg Karl daar een hersenbloeding. Sjoukje: “We zaten samen in de auto. Hij voelde zich ineens niet goed. In het ziekenhuis bleek dat hij een hersenbloeding had gekregen. Al gauw lag hij in een coma. Daar is hij niet meer uitgekomen en zo is hij zonder nog bij bewustzijn te zijn gekomen nu gestorven.”

Karl en Sjoukje waren samen in Düsseldorf deze kerstperiode om bij hun dochter Katja te zijn. Deze heeft zich geheel in de circustraditie van de familie Kossmayer ontwikkeld tot een talentvol hogeschoolrijdster. Ook de dag nadat haar vader gestorven was verscheen Katja met haar paard in de piste. Sjoukje: “Dat zou Karl niet anders gewild hebben.”

Sjoukje’s andere dochter Rosalie werkt in Duitsland met het ezelnummer dat Karl voor haar gedresseerd heeft. Sjoukje was gisteren ontroostbaar. “Karl mag dan 83 zijn geworden, hij had nog zoveel plannen ook met Katja en Rosalie. Katja zei me zo net: ‘Hij had me nog zoveel kunnen leren met de paarden’.”

Sjoukje Dijkstra leerde Karl 32 jaar geleden kennen bij Holiday on Ice. Daar was de toen op een zeker moment 52-jarige Karl Kossmayer geëngageerd met zijn komische ezelnummer. Al snel ontstond er een goede band tussen Karl en de op dat moment 26-jarige Sjoukje die zich na haar glanzende sportcarrière toch wat eenzaam en aanvankelijk onwennig voelde in de showbizzwereld.

Gisteren bevond Sjoukje zich nog in Düsseldorf waar Karls lichaam nog in het ziekenhuis lag opgebaard. Deze week zal Karls stoffelijk overschot naar Hilversum worden vervoerd waar Sjoukje met Karl zolang woonde.

In de internationale circuswereld van Carré tot Monaco en Berlijn was de dood van Karl Kossmayer gisteren het gesprek van de dag. Karl, gelieerd aan de Strassburger-familie is een van de laatste van een circusgeneratie die nu uitgestorven is.

Sjoukje putte er troost uit dat Karls snelle dood hem een lange lijdensweg bespaard heeft. “Hij zei me kort geleden: ‘Als ik dood ga, hoop ik dat het meteen gebeurd en ik geen pijn lijd’. En deze wens is in vervulling gegaan.”

Uitspraken van Sjoukje Dijkstra
“Ik vind het hartstikke leuk dat ik dankzij mijn succes nog steeds wordt herkend en aangesproken op straat. Ik ervaar dit succes nu méér dan tijdens mijn actieve carrière. Destijds moest ik na iedere gewonnen strijd weer trainen voor een volgende wedstrijd, waardoor ik te weinig tijd had om echt van mijn winst te genieten.”

“Kunstschaatsen was lange tijd een hobby van me. Ik vond het geen enkel probleem om zes uur per dag te trainen en zo goede resultaten te behalen in het kunstschaatsen. Doorzettingsvermogen zit namelijk echt in mijn karakter. Mijn vader, Luitzen Dijkstra, was vroeger ook een op en top sportman. Mijn moeder daarentegen was niet zo actief. Mijn vader en moeder hebben me nooit gepusht om kunstschaatser te worden. Ik heb dit altijd zelf gewild.”

Sjoukje over haar historische olympische winst in 1964: “Ik heb die avond voor de Koninklijke familie gereden. Ik moest als laatste rijden van alle 28 deelnemende vrouwen. Mijn trainer zei vlak voor de wedstrijd tegen me dat de koningin op de tribune zat. Dan hoef je daar tijdens het schaatsen niet meer op te letten, benadrukte hij. Een koningshuis geeft een land iets speciaals. Eigenlijk ben ik meer voor een koning of koningin dan voor een minister-president. Het koningshuis vertegenwoordigt ons land op een fantastische manier.”

“Er zijn in Nederland zoveel talenten op het gebied van kunstschaatsen. Hun talenten worden echter helemaal niet verder uitgebouwd. Dit komt doordat hun persoonlijke schaatstrainers bij hen worden weggehaald en hier ploegtrainers van buitenaf voor in de plaats komen. Dit haalt zowel de animo weg bij de individuele trainers als bij de kinderen. Het is voor kinderen belangrijk dat zij een goede, persoonlijke band hebben met hun trainer.”

“Ik heb altijd met veel plezier gesport, maar na al die jaren werd kunstschaatsen een job voor me in plaats van een hobby. Ik stopte ermee, omdat ik er een hekel aan kreeg om altijd maar op te treden en te trainen. Ik had bijna geen vrije dagen. Zowel op zaterdag als op zondag schaatste ik in drie voorstellingen.”

“Er is een duidelijk verschil tussen het kunstrijden van nu en de jaren waarin ik zelf nog actief was als kunstschaatser. In mijn tijd was er nog het onderdeel verplichte figuren. Per dag trainden we zes uur, waarvan er drie op gingen aan het oefenen van deze figuren. Als we ons volledig hadden kunnen concentreren op vrij rijden was ons niveau een stuk hoger geweest. Desondanks vind ik het verkeerd dat de verplichte basisfiguren helemaal uit de kunstschaatssport zijn gehaald. Pianospelen kun je immers ook niet leren als je de basis- kennis niet hebt.”

“Mijn enige grote wens voor de toekomst is dat ik gezond blijf en dat ik de carrières van mijn dochters kan blijven volgen. Gezondheid is het allerbelangrijkste, dat valt in geen geld te vertalen. Daarom probeer ik een gezonde levensstijl erop na te houden en goed te eten.”

Bronnen:
Geert de Joo 2004
Iceskatemuseum
Schaatsen ABC
KNSB
De Telegraaf 27 december 200

742
Rie Mastenbroek
743
Woutje Wagtmans

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten