Zeemansgraf

Will Strik - 13-07-2013


Type: voordracht

De geschiedenis die ik u ga vertellen
Omvat de lotgevallen van 4 varensgezellen.
Jan Japik Krelis en Piet, de zaak wordt misschien helder
Een schip leed schipbreuk en ging naar de kelder
Zo ongeveer luid de begintekst van het verhaal waarbij Piet overblijft en de weduwen bij hem komen bidden.
Wie heeft de volledige tekst?








Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *




2 reacties

  1. Lance de Keizer

    Beste Cor,
    Hartstikke bedankt, zocht dit voor mijn moeder (92 jaar).
    Geweldig dat je dit hebt willen doen.
    Thanks
    Sjak

  2. Cor Heuvelmans

    Zeemansgraf

    de geschiedenis die ik u ga vertellen
    Bevat de lotgevallen ,van vier varensgezelen
    en ze is zo treurig .’t is goed dat u ;t weet
    Houdt dus bij voorbaadt een zakdoek gereed

    Om de tanen van je facle te drogen
    want wie ze aanhoort met kurkdroge ogen
    Nou dit is zeer zeker niet om te fitten
    Maar die heeft geen hart in z’n ribbenkast zitten
    verbeeld u
    een zee zonder eind en begin
    En op die ze een boot met vier mannen erin
    Die drie dagen lang op de baren steeds dobberen
    Omringd door haaien die hen op willen slobberen

    Met een beetje bgrip wordt de zaak u reeds helder
    Hun schip dat leed schipbreuk en ging naar de kelder
    maar ze waren nog tijdig in hun bootje gestapt
    En zo met hun vieren aan de dood net ontsnapt

    zo zwierven dan jan Japik krelis en Piet
    In hun bootje en stuurde naar t eind;loos verschiet
    of er geen schip tot hun redding kwam dagen
    want de honger begon aan hun magen te knagen

    want slechts een vat water hadden ze meegenomen
    Omdat ze van de dorst niet om zouden komen
    vol zaligheid lurkten ze om beurten aan ’t vat
    al hadden ze liver jenever gehad

    toen sprak de oudste matroos Piet
    Mannen zo gaat het langer niet
    we hebben nu zonder te bakken of stoven
    de zolen finaal van onze schoenen gekloven

    nu is ;t bij een schipbreuk gebruik moet u weten
    dat de een door de ander wordt opgegeten
    We maken van een papiertje vier lootjes
    en wie het lot treft ,die snijden we aan mootjes

    zo gezegd zo gedaan ,en het lot viel op jan
    en die zei heel gemoedelijk ik ben bakker an
    En wens jullie allen een smakelijk eten
    In drie dagen tijd was jan opgevreten

    En weer gingen ze loten ,en het lot viel op piet
    Piet was een ouwe taaie ,en vet was ie niet
    Hij smaakte naar rum en naar ouwe tabak
    Maar bij zo;n gelegenheid heb je daaraan lak

    En na drie dagen sloegen japik en krelis
    De laatste carbonaden van iet in hun melis
    Toen keek krelis naar Japik en japik naar krelis
    en ieder voor zich dacht’k geloof dat die ander teveel i

    krelis begon japik l gauw te verwijten
    dat hij keek of hij een stuk uit z’n je weet wel wou bijten
    Toen sprak japik een van ons beiden is voor de haaien
    maar eerlijk duurt het langst we zullen er om raaien

    met de botjes die van piet waren overgebleven
    raden ze toen even of oneven
    En Japik verloor het en vijf volle dagen
    zat krelis op japiks omhulsel te knagen

    de zesde dag had hij niets meer te knabbelen
    en zat maar zo ’n beetje op Japiks scheenbeen te sabbelen
    Toen dacht hij komt er geen schip om mij op te pikken
    dan kan ik alleen aan mezelf gaan bikken

    De zevede dag sloeg de honger op zijn zinnen
    En net toen hij aan zijn grote teen wilde beginnen
    Werd hij door een grote stoomboot gered
    En veertien dagen later aan wal gezet

    eerst deed hij de reder van ’t schip z’n verslag
    en na een paar borrels de andere dag
    deed hij ook verslag wat er was geschied
    Aan de vrouwen van jan Japik en Piet

    waar zijn onze mannen riepen ze oner getier
    Krelis klopte op zijn buik en zei die zitten hier
    hier rusten jan japik en piet die drie graven
    Ik heb ze een voor een in m;n maag begraven

    Ik zeg het vol weemoed o treurende gaden
    m;n buik is het kerkhof van mijn kameraden
    En na een tijdje van huilen en snikken
    Bedaarde de vrouwen en met droevige blikken

    bekeken ze krelis van boven tot onder
    Een buik met drie mannen het leek wel een wonder
    Toen trad een van de drie vrouwen uit hun midden
    En zei”Krelis mogen we op het kerkhof komen bidden

    En Krelis heel blij dat de smart was gestilt
    Zei ‘jullie komen maar zo vaak als je wil
    En na deze consessie
    Trokken de vrouwen in processie

    Naar de woning van krelis
    En knielde er neer op z;n melis
    En als ze dan zeiden ;nou Krelis me gane
    Dan was het kerkhof kletsnat van de tanen

    maar Krelis begon het al gauw te vervelen
    En dacht toen hoe kom ik hier netjes vanaf
    Ging toen met ideetjes aan het spelen
    Er hoort toch een steen op ieder graf

    Toen op zekere dag de vrouwen er stonden
    Schrokken ze van het tableau dat ze vonden
    Want Krelis had zich in z;n nachtgoed gestoken
    met op z’n buik een steen
    WEGENS SCHOONMAAK GESLOTEN

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten