Home / Voordrachten / Van de bedrogen bruidegom

Van de bedrogen bruidegom

Met dank aan Jeanne Albers voor het insturen van de tekst

Jonge Luidjes ! hoort deez´ klucht,
hoe een schraalhans daaglijks zucht,
Om een Vrouwtje met braaf geld,
Want daar was hij op gesteld.
Hij had al een vrouw versleten,
En was weduwnaar wilt u weten,
En nu voor de tweede keer;
Wou hij trouwen na begeer.

Hij bedacht een groote list,
Want zijn geld had hij verkwist.
Hij vrijde met een meisje teer;
Meer om het geld dan om haar eer.
Het meisje dacht: zij kreeg een goeije;
Want hij pochte op zijn koeijen,
En zijn paarden en rijtuig,
Hij wou haar ligten van den huig.

´t Meisje was ook bij de hand.
Kwam bij hare rijke galant,
Om zijn schatten eens te zien,
Die hij haar kwam aan te bien.
Maar een boer die naast hem woonde,
Met een list zijn schat haar toonde.
En die zei tegen haar,
´t Is een rijke weduwnaar.

´t Meisje was zeer wel te vree,
De buur sprak: hij heeft een hofstee,
En veel koeijen, paarden, fraai,
Zij geloofde deze draai;
En dacht een rijke man te krijgen,
Een ander kon deez´list niet zwijgen,
Die hij hoorden na korte tijd,
Hoe zij danig wierd misleid.

Als zij hoorde den rijkdom.
Van haar lieven bruidegom,
Gaf zij spoedig hem het woord,
En haar hand op trouw akkoord,
En op een dag drie geboden.
Waarbij kwamen veel genooden,
En den trouw was vastgesteld,
Met den Bruigom zonder geld.

Op zijn trouwdag ’s morgens vroeg
Toen zijn hart van vreugde sloeg,
Was de bruidegom gereed,
In zijn allerbeste kleed.
Met twee paarden voor de wagen,
Die hij leende voor twee dagen,
Daarmee reed hij naar zijn bruid.
Maar toen kwam zijn armoe uit.

En het bruidje was niet dom,
Ze zei aan haar bruidegom,
Waar wil jij nu met mij heen,
Wilt jij trouwen, trouwt alleen.
Want jij kan te kunstig liegen,
En gij dacht mij te bedriegen,
‘k Ben niet op uw schat gesteld,
Adieu bruigom ! zonder geld.

De bruigom die zat in den brand,
Want hij overdacht zijn schand,
En een ieder lachte hem uit,
En de bruid had hem gebruid.
Hij kwam thuis met paard en wagen,
Dorst zijn nood aan niemand klagen,
Met de handen in het haar,
Bleef hij arme weduwnaar.

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten